#7 , 04 nov 2015 11:59
Sedert 01 januari 2015 zijn in Vlaanderen van toepassing :
13 december 2013 Vlaamse Codex Fiscaliteit.
20 december 2013 Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van de Vlaamse Codex Fiscaliteit(kortweg BVCF).
De Federale regelingen zijn sedertdien in Vlaanderen niet meer van toepassing.
‘In oktober 2013 kocht ik met mijn toenmalige vriend een woning van 168000 euro‘ . ‘Wij hebben toen de woning te koop gezet en de akten zijn verleden op 5 december 2014’.Hierop waren dus nog de Federale regelingen van toepassing.
“Artikel 53.Het bij artikel 44 vastgestelde recht wordt tot 5 ten honderd verminderd in geval van verkoop van de eigendom:...2° van woningen waarvan het gebouwd of ongebouwd kadastraal inkomen een bij koninklijk besluit vast te stellen maximum niet overschrijdt. Als woning wordt aangemerkt het huis of het geheel of het gedeelte van een verdieping van een gebouw, dat dient of zal dienen tot huisvesting van een gezin of één persoon, met in voorkomend geval de aanhorigheden die tegelijk met het huis, het geheel of het gedeelte van een verdieping worden verkregen. De Koning stelt regels vast voor het bepalen van de aanhorigheden waarop deze bepaling van toepassing is.”(30 november 1939 Wetboek Registratierechten Vlaams Gewest). Zie ook art.60 inzake behoud van vermindering.
‘In juli van dit jaar(=2015) heb ik samen met mijn huidige vriend een nieuwe woning aangekocht. De akten zullen verleden worden op 18 november.
‘Wij hebben beiden recht op meeneembaarheid van onze vorige woningen.’
Hierop is dus de Vlaamse Codex Fiscaliteit van toepassing.
“Art.2.9.5.0.1. In geval van zuivere aankoop van een tot bewoning aangewend of bestemd onroerend goed door een natuurlijke persoon om er zijn hoofdverblijfplaats te vestigen, wordt zijn wettelijk aandeel in de belastingen die met toepassing van artikel 2.9.4.1.1, artikel 2.9.4.2.1 of artikel 3.6.0.0.6, § 6, eerste lid, 2°, verschuldigd waren op de aankoop van de woning die hem voorheen tot hoofdverblijfplaats heeft gediend of van de bouwgrond waarop die woning is opgericht, in mindering gebracht van zijn wettelijk aandeel in de belastingen, verschuldigd op de nieuwe aankoop, op voorwaarde dat de nieuwe aankoop een vaste datum heeft gekregen binnen twee jaar vanaf de datum van de registratie van de akte of het geschrift dat aanleiding heeft gegeven tot een van de volgende handelingen :1° de heffing van het verkooprecht op de zuivere wederverkoop van de woning die hem voorheen tot hoofdverblijfplaats heeft gediend, of de heffing van het verdeelrecht op de verdeling van die woning waarbij de natuurlijke persoon al zijn rechten erin heeft afgestaan; 2° de vrijstelling van het verkooprecht met toepassing van artikel 2.9.6.0.1, eerste lid, 4°, voor de zuivere wederverkoop van de woning die hem voorheen tot hoofdverblijfplaats heeft gediend, of de vrijstelling van het verdeelrecht met toepassing van artikel 2.10.6.0.1, eerste lid, 1°, voor de verdeling van die woning, waarbij de natuurlijke persoon al zijn rechten erin heeft afgestaan. De registratiebelasting, betaald voor de verkrijging van een onroerend goed dat niet in het Vlaamse Gewest ligt, alsook de aanvullende rechten die om om het even welke reden op een aankoop zijn geheven, zijn van de vermindering, overeenkomstig de bepalingen van dit artikel, uitgesloten.De vermindering overeenkomstig de bepalingen van dit artikel levert in geen geval grond voor een teruggave op. Als een verrichting als vermeld in het eerste lid, is voorafgegaan door een of meer van dergelijke verrichtingen of door een of meer verrichtingen als vermeld in artikel 3.6.0.0.6, § 3, eerste lid, worden, in voorkomend geval, de bij die voorgaande verrichtingen ingevolge de toepassing van het derde of het vijfde lid van dit artikel nog niet in mindering gebrachte belastingen of de ingevolge de toepassing van artikel 3.6.0.0.6, § 3, derde of vijfde lid, nog niet teruggegeven belastingen, gevoegd bij het wettelijk aandeel van de natuurlijke persoon in de conform artikel 2.9.4.1.1, artikel 2.9.4.2.1 of artikel 3.6.0.0.6, § 6, eerste lid, 2°, verschuldigde belastingen op de voorlaatste aankoop, om het bedrag van de vermindering bij de laatste aankoop te bepalen. Het in mindering te brengen bedrag, verkregen met toepassing van het eerste of het vierde lid, kan nooit meer bedragen dan 12.500 euro. Dat maximale in mindering te brengen bedrag wordt bepaald in verhouding tot de fractie die de natuurlijke persoon verkrijgt in het nieuw aangekochte goed.”(13 DECEMBER 2013. - Decreet houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit).
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/