#5 , 13 nov 2010 10:03
“Art.552.De eigendom van de grond bevat in zich de eigendom van hetgeen op en onder de grond is...”(Burgerlijk Wetboek).
‘De bepaling van artikel 552 B.W. impliceert niet dat een persoon geen eigenaar kan zijn van de ondergrond,in casu de kelderverdieping van een onroerend goed,zonder dat hij eigenaar is van de grond‘(Cass. 28 november 1969,Arr.Cass. 1970,314,noot).
In uw geval blijft aldus de gemeente eigenaar van de grond zonder het ondergrondse garagecomplex.
“Art.661.Iedere eigenaar van een erf dat paalt aan een muur, heeft ook het recht om die muur geheel of gedeeltelijk gemeen te maken, mits hij aan de eigenaar van de muur de helft vergoedt van zijn waarde ofwel de helft van de waarde van het gedeelte dat hij gemeen wil maken, en de helft van de waarde van de grond waarop de muur gebouwd is. Art.662.Geen nabuur mag in de gemene muur een holte maken of daartegen een werk aanbrengen of doen steunen, zonder toestemming van de andere nabuur of, indien deze weigert, zonder door deskundigen de middelen te hebben doen bepalen die nodig zijn om te voorkomen dat door het nieuwe werk aan de rechten van de andere nabuur afbreuk wordt gedaan.”(Burgerlijk Wetboek).
‘een erf dat paalt aan een muur’ vereist niet dat die ‘muur’ verticaal zou zijn.
‘De eigenaar van een muur kan zijn nabuur slechts tot gemeenschap dwingen indien deze overgaat tot een toe-eigening of een feitelijkheid begaat die als inbezitneming geldt en waartegen de eigenaar zich kan verzetten.’(Cass. 22 februari 1985,Arr.Cass. 1984-85,682).
‘Er zal dus fysisch contact zijn tussen gebouw (dat geen eigen grondvesten zal hebben) en het garagecomplex.’ zou zulke toe-eigening of feitelijkheid kunnen zijn.
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/