Beste ,
Ik werd veroordeeld bij rechtbank eerste aanleg en nadien bij het Hof van Beroep 4/7/24 ( na procedure van 4 jaar ) tot het betalen onderhoudsgeld ….eerst 500€/mnd dat werd aangepast naar 440€/mnd . Beide rechtbanken baseerden zich op de aanvankelijke gemeenschappelijke belastingaanslagen en vanaf 2019 op de respectievelijke aanslagen van beide partijen
Ik ben gepensioneerd en mijn ex werkt nog steeds als pedicure aan huis , destijds tijdens het huwelijk in bijberoep en sinds echtscheiding terug volledig zelfstandig . Wij waren 10 jaar gehuwd met scheiding van goederen en ik had nooit echt toegang tot haar boekhouding ( privacy diende te worden gerespeteerd ) waarmede ik mij niet te bemoeien had . Ik gaf steeds mijn aangiften via tax on web in het voorjaar en mijn ex via haar boekhouder in het najaar .
Er werden door mij nogal wat argumenten aangebracht mbt haar belastingontduiking maar beide rechters beperkten ( mijn inziens volledig onterecht ) zich enkel tot belastingaanslagen gebaseerd op de creatieve boekhouding ( belastingontduiking ) van mijn ex waarmede vooreerst haar behoeftigheid werd bewezen en nadien onderhoudsgeld kon worden gevorderd .
Gezien de rechtbanken mijn gemotiveerde argumenten niet in rekening brachten in hun vonnis en arrest wens ik alsnog bewijs te leveren van haar ontduiking en valse aangiften van belasting , BTW en RSZ .
Mijn konkrete vraag is hoe organiseer ik mij en tot wie moet ik mij wenden om melding te maken en alsnog tegenspraak te kunnen leveren op haar bedrieglijke aangiften door een evaluatie van de belasting inspectie op basis van het echtscheidingsdossier ( conclusies en stukken beide partijen voor eerste aanleg en beroep )
Wij woonden in Deinze maar ik ben kort na de echtscheiding verhuisd naar Destelbergen maar ex woont nog steeds in Deinze en is daar nog steeds actief als pedicure aan huis , zij het misschien wat minder intensief nu ze al meer dan 3 jaar maandelijks 500 € alimentatie ontvangt .
Met vriendelijke groeten
[email protected]