#5 , 01 jul 2009 11:24
Niets belet u uw domicilie over te plaatsen naar iemand die zelf in feitelijke scheiding zit.
“Art.7.§ 1. Iedereen die zijn hoofdverblijfplaats wil vestigen in een gemeente van het Rijk of deze wil overbrengen naar een andere gemeente van het Rijk moet dit aangeven aan het gemeentebestuur van de gemeente waar hij zich komt vestigen...Art.16.§ 1. De bepaling van de hoofdverblijfplaats is gebaseerd op een FEITELIJKE situatie, dat wil zeggen de vaststelling van een effectief verblijf in een gemeente gedurende het grootste deel van het jaar. Deze vaststelling gebeurt op basis van verschillende elementen, met name de plaats waarheen de betrokkene gaat NA zijn beroepsbezigheden, de plaats waar de kinderen naar school gaan, de arbeidsplaats, het energieverbruik en de telefoonkosten, het gewone verblijf van de echtgenoot of van andere leden van het huishouden.…”(16 JULI 1992. - Koninklijk besluit betreffende de bevolkingsregisters en het vreemdelingenregister).
“Art.7.De overtredingen van de voorgaande artikelen, van de besluiten tot uitvoering ervan en van de in artikel 5 bedoelde gemeentelijke verordeningen worden gestraft met een geldboete en zesentwintig tot vijfhonderd (euro)...”(19 JULI 1991. - Wet betreffende de bevolkingsregisters en de identiteitskaarten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen).
“Art.110.§ 1. Onder werknemer met gezinslast wordt verstaan de werknemer die:...2° niet samenwoont met een echtgeno(o)t(e) doch uitsluitend samenwoont met:...b) één of meerdere kinderen en andere bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad, op voorwaarde dat hij aanspraak kan maken op gezinsbijslagen voor ten minste één van die kinderen en dat de andere bloed- of aanverwanten noch over beroeps- noch over vervangingsinkomens beschikken;...§ 2. Onder alleenwonende werknemer wordt verstaan de werknemer die alleen woont met uitzondering van...§ 3. Onder samenwonende werknemer wordt verstaan de werknemer die noch bedoeld is in § 1, noch in § 2...”(25 NOVEMBER 1991. - Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering).
“Art.226.Wordt beschouwd als werknemer zonder persoon ten laste aan wie een hogere uitkering (dan 40 pct) kan worden toegekend wegens verlies van enig inkomen, zoals bedoeld in artikel 93, zesde lid, van de gecoördineerde wet, de gerechtigde die bewijst dat hij, hetzij alleen woont, hetzij uitsluitend samenwoont met personen die geen inkomen genieten en niet beschouwd worden als personen ten laste...”(3 JULI 1996. - Koninklijk besluit tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen).
Fiscaal blijven u en uw vriend(in) afzonderlijk belast.
“Art.1514. Hij die beweert...eigenaar te zijn van in beslag genomen voorwerpen,kan tegen de verkoop verzet doen...met vermelding van de bewijzen van eigendom..."(Gerechtelijk Wetboek).
‘Als concubinerenden hun respectieve roerende goederen hebben vermengd,is de schuldeiser van hen niet verplicht deze goederen te onderscheiden of af te scheiden,hetgeen onmogelijk is geworden tengevolge van de vermenging die de concubinerenden zelf hebben bewerkstelligd. De schuldeiser kan derhalve beslag leggen op de goederen die de concubinerenden aldus bezitten,tenzij de concubinerende die geen schuldenaar is,bewijst dat hij alleen eigenaar is van het geheel of een deel van de goederen‘(Cass. 10 juni 1976,Pas. 1976,I,1101,Arr.Cass. 1976,1135,R.W. 1976-77,601,T.Not. 1976,283,R.G.E.N. 1976,nr.22148).
Dit geldt voor elke vorm van boedelvermenging.
“Art.301...§2...De rechtbank kan het verzoek om een uitkering weigeren indien de verweerder bewijst dat de verzoeker een zware fout heeft begaan die de voortzetting van de samenleving onmogelijk heeft gemaakt...“(B.W.=Burgerlijk Wetboek).
“Art.213.Echtgenoten zijn jegens elkaar tot samenwoning verplicht; zij zijn elkaar getrouwheid, hulp en bijstand verschuldigd.”(B.W.).
‘De getrouwheid blijft voor ieder echtgenoot verplicht zolang het huwelijk duurt;dus ook zolang de verbreking van het huwelijk niet is bewerkt‘(Cass. 4 januari 1960,R.W. 1960-61, 689;Pas. 1960,I,494).
Het niet-nakomen van die getrouwheidsplicht KAN een zware fout zijn in de zin van voornoemd art.301 B.W.
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/