Ik snap niet waarom je zo bang bent van de vrederechter. Die is helemaal niet zo drastisch en kent het klappen van de zweep meer dan goed genoeg in zulke zaken.
Je hoeft niet direct een procedure te starten, je kan eerst een verzoeningspoging ondernemen bij de vrederechter, dat kan per gewone brief. Op dat moment geef je een duidelijk signaal aan de bovenburen dat je het meent.
Die verzoeningspoging is nuttig op verschillende vlakken: als ze niet komen opdagen heb je een extra bewijs in handen dat stelt dat ze geen moeite doen om het probleem op te lossen. Komen ze wel, dan kan de vrederechter van hen eisen dat ze bijvoorbeeld die rubbertjes onder hun stoelen plaatsen of een tapijt kopen.
Je kan zo'n verzoeningspoging aanvragen door een brief te richten naar het vredegerecht van het kanton waarin het gehiuurde goed ligt. Die brief moet er ongeveer zo uitzien:
Aanvraag minnelijke schikking (of verzoek oproeping in verzoening)
Aan mevrouw, mijnheer de Vrederechter van het kanton ....
Ondergetekende,
Uw naam hier
vraagt U volgende persoon/personen op te roepen in verzoening :
De lawaaimakers
teneinde een minnelijke schikking na te streven betreffende :
(Korte beschrijving van de feiten)
Met de meeste hoogachting,
Datum.
Handtekening
De vrederechter zal dan een datum vastleggen en deze te kennen geven aan beide partijen. Niet komen opdagen voor een verzoeningspoging maakt een serieus gebrek in respect uit voor de vrederechter.