#2 , 16 nov 2008 11:30
“Art.931...Bloedverwanten in nederdalende lijn mogen niet worden gehoord in zaken waarin hun bloedverwanten in opgaande lijn tegengestelde belangen hebben...”(Ger.W.=Gerechtelijk Wetboek).
Deze bepaling belet niet dat uw vader getuigt in uw correctionele zaak.
“Art.937.De rechter ondervraagt de getuige, hetzij ambtshalve, hetzij op vordering van een van de partijen, over zijn graad van bloed- of aanverwantschap met de partijen, alsmede over de feiten die hem persoonlijk betreffen en invloed kunnen hebben op zijn getuigenis. De ondervraging kan met name slaan op de volgende feiten :...”(Ger.W.).
‘De rechter beschikt over een soevereine appreciatiebevoegdheid t.o.v. de geloofwaardigheid van een getuige. Deze wordt niet uitgesloten door art.937,5°.Hij kan rekening houden met de geloofwaardige verklaringen van de getuige en andere,niet-geloofwaardige verklaringen,verwerpen‘(Cass. 1 februari 1990,Bull. 1990,643,Res jur.imm. 1990,230).
Ga naar Belgische wetgeving in JUSTEL-databanken van Belgisch Staatsblad. Klik voor WetBOEKEN achter ’Juridische aard’. Op afkondigingsdatum vindt u de overige akten. Inzake FEDERALE fiscale wetgeving zie http://www.fisconetplus.be/