Beste , trek u van die formule niets aan.
In juni 2014 heeft de regering beslist , wegens de onzekere rente dat een eenvormige formule wordt toegepast voor de burgerlijke omzetting van het vruchtgebruik.
Ik citeer : de omzettingstabellen houden rekening met :
- de gemiddelde rentevoet van de laatste twee jaar van lineaire obligaties, waarvan de maturiteit gelijk is aan de levensverwachting van de vruchtgebruiker. De rentevoet wordt verminderd wanneer de levensverwachting deze maturiteit overschrijdt. De rentevoeet wordt toegepast na aftrek van de roerende voorheffing.
- de sterftetabels die jaarlijks worden gepubliceerd.
Op 15 januari 2015 is de eerste jaarlijkse tabel van omzettingswaarde gepubliceerd , met als referentierentevoet 2.53 %.
Er is een verschillende tabel voor mannen en vrouwen.
De cijfers zijn niet te nemen of te laten , bijvoorbeeld omwille van de gezondheidstoestand van de vruchtgebruiker. maar de rechtbank neemt ze als basis.
De omzettingstabel is te vinden in het Staatsblad van 15 januari 2015 onder Numac 2015009021 , Ministerie van Justitie.
Indien u een concrete situatie heeft : geef dan leeftijd op en man of vrouw , dan geef ik de omzettingswaarde.
Ik heb het uitgeprobeerd met de tabellen Schryvers , met basis 2.53 % en dan klopt wel één en ander. De laatste jaren was dat het probleem : welke intrest toepassen!
De blote eigendom is steeds = volle eigendom min vruchtgebruik.
Zie deze site :
http://www.ejustice.just.fgov.be/doc/rech_n.htm" onclick="window.open(this.href);return false; : vul numac in en klik op 'opzoeking'