Beste,
Uw 1ste vraag:
het inzetten van een ‘buitenwipper’, ‘portier’valt onder de bepalingen van deze wet . De wet heeft betrekking op alle mensen die de uitdrukkelijke opdracht hebben met personencontrole bezig te zijn, zij doen controle op het gedrag van personen met het oog op veiligheid in publieke plaatsen.
Deze wet sluit het inzetten van plaatselijke verenigingen zoals hondenclubs, karateclubs, … voor personencontrole uit.
Welke zijn de gevolgen voor de fuiven?
Ten eerste is het belangrijk dat je als organisator weet dat de inzet van een bewakingsdienst nooit kan worden verplicht via een politiereglement of door een besluit van de burgemeester. Zie ook deel over politiereglementen
Als je toch beslist om een bewakingsteam in te zetten dan heb je als fuiforganisator volgende mogelijkheden:
Je kan een erkende bewakingsfirma inhuren. Dit moet je melden aan de Burgemeester, en hij/zij kan dit weigeren.
Of je doet een beroep op eigen vrijwilligers. De namen moet je doorgeven aan de Burgemeester, die kan bepaalde personen weigeren.
Je kan ook opteren voor een combinatie van professionele bewakers en vrijwilligers.
Welke bevoegdheden hebben portiers?
Een portier heeft geen enkele bijzondere bevoegdheid. In bepaalde gevallen en onder strikte voorwaarden kunnen zij personen onderwerpen aan een oppervlakkige controle van kledij en handbagage. Maar de Burgemeester moet hiervoor uitdrukkelijk de toestemming verlenen. Systematische controles (van alle bezoekers) zijn verboden.
(de wet op de private veiligheid
http://www.fuifpunt.be/organisator/gewi ... wakingswet)
Uw 2de vraag:
Art. 41. Behalve wanneer de omstandigheden het niet toelaten, doen de politieambtenaren die in burgerkledij tegenover een persoon optreden, of tenminste één van hen, van hun hoedanigheid blijken door middel van het legitimatiebewijs waarvan zij houder zijn.
Hetzelfde geldt wanneer politieambtenaren in uniform zich aanmelden aan de woning van een persoon.
(WPA: Wet op het politieambt)
Uw 3de vraag:
De vatting mag niet langer duren dan verantwoord door de omstandigheden.
§ 3. Zij dient in ieder geval onmiddellijk te worden beëindigd :
a) indien de verwittigde politiedienst laat weten dat hij niet ter plaatse zal komen;
b) indien de verwittigde politiedienst te kennen geeft niet ter plaatse te zullen komen uiterlijk binnen de 30 minuten, te rekenen vanaf de verwittiging;
c) indien de verwittigde politiedienst te kennen geeft ter plaatse te zullen komen, maar de opgeroepen politieambtenaren niet ter plaatse zijn uiterlijk binnen de 30 minuten nadat de politiedienst werd verwittigd.
d) indien de betrokkene aan de veiligheidsagenten een identiteitsdocument voorlegt of zich aan de hand van andere documenten identificeert, tenzij § 1, tweede lid, van toepassing is.
(Wet tot regeling van de private en bijzondere veiligheid)
Met vriendelijke groeten
Heye andy