Code: Selecteer alles
TITEL III. - JAARLIJKS VAKANTIEVERLOF EN FEESTDAGEN
HOOFDSTUK I. - HET JAARLIJKS VAKANTIEVERLOF
AFDELING 1. - ALGEMENE BEPALINGEN
Art. VIII.III.1. Het personeelslid, met uitzondering van de aspirant, heeft recht op 32 werkdagen jaarlijks vakantieverlof.
Art. VIII.III.2. Het jaarlijks vakantieverlof moet tijdens het kalenderjaar worden genomen.
De minister bepaalt de nadere regelen van de eventuele overdracht van het jaarlijks vakantieverlof naar het volgende jaar. Deze overdracht geldt tot 1 april van het volgende jaar. In uitzonderlijke omstandigheden kan de bevoegde overheid afwijkingen toestaan op deze uiterste datum.
Art. VIII.III.3. Het jaarlijks vakantieverlof wordt genomen zoals het het personeelslid past en met inachtneming van de behoeften van de dienst.
Indien het verlof wordt gesplitst, moet het een doorlopende periode van ten minste zestien dagen omvatten, behoudens andersluidende overeenkomst tussen het personeelslid en de bevoegde overheid.
Art. VIII.III.4. Elke periode van dienstactiviteit geeft recht op jaarlijks vakantieverlof.
Het vakantieverlof wordt echter in evenredige mate verminderd wanneer een personeelslid in de loop van het jaar in dienst treedt, een basisopleiding heeft gevolgd, zijn ambt definitief neerlegt, in dienst is genomen om onvolledige prestaties te verrichten, of tijdens het jaar één van de hierna genoemde verloven of afwezigheden heeft verkregen :
1° het verlof voor stage of proefperiode;
2° het verlof voor opdracht;
3° de halftijdse vervroegde uittreding;
4° de vrijwillige vierdagenweek;
5° het verlof voor onderbreking van de beroepsloopbaan;
6° het verlof om zich kandidaat te stellen voor verkiezingen;
7° de afwezigheden waarbij het personeelslid in de administratieve stand van non-activiteit of disponibiliteit is geplaatst.
Indien het aldus berekende aantal vakantiedagen geen geheel getal vormt, wordt het afgerond naar de hogere hele dag.
Art. VIII.III.5. Het jaarlijks vakantieverlof wordt opgeschort zodra het personeelslid een ziekteverlof of een omstandigheidsverlof bekomt of in disponibiliteit wordt geplaatst.
De verlofdagen die aldus niet werden genomen worden toegevoegd aan het saldo van de jaarlijkse verlofdagen.
Art. VIII.III.6. De aspiranten genieten twee dagen jaarlijks vakantieverlof per maand opleiding, te nemen volgens de schoolmodaliteiten die worden vastgelegd door de directeur van het opleidingscentrum in het schoolreglement.
AFDELING 2. - PROCEDURE BIJ WEIGERING VAN HET JAARLIJKS VAKANTIEVERLOF
Art. VIII.III.7. Bij de algemene directie personeel wordt een raadgevend orgaan opgericht dat als volgt is samengesteld :
1° een vertegenwoordiger van de minister, voorzitter;
2° één bijzitter per representatieve vakorganisatie;
3° een aantal bijzitters gelijk aan het aantal bijzitters bedoeld in 2° waarvan zo mogelijk evenveel leden tot de lokale als tot de federale politie behoren.
De voorzitter en de bijzitters hebben bovendien elk een plaatsvervanger.
Een secretaris, aangewezen door de minister, staat het raadgevend orgaan bij.
Art. VIII.III.8. De minister wijst de in artikel VIII.III.7, eerste lid, 3°, bedoelde bijzitters aan onder de personeelsleden die voorkomen op een dubbele lijst die wordt voorgesteld door de commissaris-generaal wat de leden van de federale politie betreft en door de vaste commissie voor de lokale politie wat de leden van de lokale politie betreft.
Art. VIII.III.9. Het mandaat van de voorzitter, de bijzitters en hun plaatsvervangers bedraagt drie jaar en is hernieuwbaar.
De voorzitter, de bijzitters en de plaatsvervangers die worden aangewezen ter vervanging van de overleden of aftredende voorzitter of bijzitters, voleindigen de aanwijzing van diegenen die ze vervangen.
Art. VIII.III.10. Het personeelslid, met uitzondering van de aspirant, kan, bij weigering van zijn jaarlijks vakantieverlof, een procedure inleiden bij het in artikel VIII.III.7 bedoelde raadgevend orgaan dat een advies verstrekt aan de overheid die het verlof heeft geweigerd.
Art. VIII.III.11. De minister bepaalt de nadere regelen van de door het personeelslid te volgen procedure.