Eindejaarspremie in PC 200 vervalt bij ontslag werknemer zelfs bij opzeg na uitbetaling premie

[Mithrandir]

Ik weet dat dit topic geregeld boven komt maar wou graag een comprehensief antwoord zoeken op de uitbetaling van de eindejaarspremie bij ontslag door de werknemer in PC 200 omdat ik wat inconsistente antwoorden tegenkwam. Op basis van wat ik gevonden heb hier en in de CAO, lijkt het namelijk zo dat de eindejaarspremie altijd vervalt indien de werknemer ontslag neemt, ongeacht of zijn laatste dag na de uitbetaling van de premie valt, tenzij bij 5 jaar anciënniteit.

Sommige topics hier en elders geven aan dat wanneer werknemers zelf ontslag nemen, zij toch de eindejaarspremie uitbetaald krijgen indien ze op het moment van uitbetaling (doorgaans begin december, ten laatste 31 december) nog altijd in dienst zijn, ook al loopt hun opzegperiode.

Nu, zoals ik de CAO lees en wat ook in sommige andere topics aangegeven wordt (bvb hier) is dit echter niet correct, en dit omdat de voorwaarden in Artikel 3 een uitsluitende voorwaarde bepalen:

Art. 3. De te vervullen voorwaarden zijn de volgende :
- verbonden zijn door een arbeidsovereenkomst voor bedienden, op het ogenblik van de betaling van de premie, behalve voor de hierna vermelde gevallen;
- een anciënniteit hebben van tenminste zes maanden op het ogenblik van de betaling van de premie;
- in de onderneming in dienst zijn getreden ten laatste de eerste dag van het beschouwde werkjaar.

En in Artikel 5 staat dan:

Hebben recht op een premie naar rato van de prestaties van het lopende werkjaar, de bedienden die in de loop van het jaar, zelf ontslag hebben genomen en voor zover zij een anciënniteit in het bedrijf van minstens 5 jaar kunnen bewijzen.

Vraag is nu of die tekst in Artikel 5 van toepassing is of niet: vervangt dit integraal Artikel 3 of is het enkel aanvullend? Als leek lijkt het me open voor interpretatie. Strikt genomen komen werknemers met minder dan 5 jaar anciënniteit eigenlijk niet in aanmerking voor deze clausule dus kunnen zij terugvallen op Artikel 3? Maar dat zal wellicht wishful thinking zijn.

Ik vind geen officiële definitie voor "ontslag nemen" maar het lijkt gelijkgesteld aan de actie die het einde van de arbeidsovereenkomst in werking stelt. Als dat zo is dan lijkt het mij dat zolang je de intentie te vertrekken aankondigt tijdens het kalenderjaar, je recht op eindejaarspremie vervalt. Dus zelfs als je op 31/12 (dit jaar een vrijdag) ontslag neemt met een opzegperiode die in het volgende jaar start, zou de werkgever eigenlijk de eindejaarspremie kunnen terugvorderen.

Links:

• PC 200 CAO Eindejaarspremie
• Group S CAO overzicht

Vraag aan het forum is dus of ik deze CAO op de juiste manier interpreteer? Klopt het dat de eindejaarspremie voor het lopende jaar altijd vervalt wanneer de werknemer ontslag neemt, ongeacht de datum van de laatste werkdag, tenzij bij anciënniteit van 5 jaar?

[Mithrandir]

Ander topic gevonden waar iemand op dezelfde tegenstrijdigheid uitkwam: die kreeg ook het advies dat de uitbetaling wel zou moeten plaatsvinden, wat ook geschiedde.

Dus dan zou de basisvereiste (in dienst op moment van uitbetaling) op zich toch gelden en de bijkomende elementen enkel van toepassing zijn op mensen die eerder al vertrokken?

Bijkomende bron, uit artikel van de Ondernemingsdatabank (2015-10-16):

Opzeg door de werknemer? Als de werknemer zelf ontslag neemt, ligt de vereiste minimumanciënniteit in de meeste sectoren nog hoger. In PC 200 (ex-PC 218) is dat bv. vijf jaar. Indien de opzegtermijn die de werknemer geeft, pas eindigt na het normale tijdstip waarop de eindejaarspremie betaald wordt, helpt die regel u echter niet: u moet dan toch betalen. De kunst bestaat er dan uit om hierop te anticiperen...

En nu deze analyse op een ander forum die ik op zich helder vind en lijkt te bevestigen dat Artikel 3 recht geeft en Artikel 5 enkel bijkomende rechten mogelijk maakt. Of dat de intentie van de tekst is da's misschien nog een ander geval...

Je behoort niet tot hierna vermeld geval 1, want je bent niet in dienst getreden na de eerste dag van het werkjaar.
Je behoort niet tot hierna vermeld geval 2, aangezien je niet de onderneming verlaat voor de betaling van de premie (moest je wél verlaten hebben, zou je er toch geenr echt op hebben, gezien je ook niet tot de voorwaarden verder in de tekst behoort)
Je behoort niet tot hierna vermeld geval 3, aangezien je geen 5 jaar in dienst bent
Je behoort niet tot hierna vermeld geval 4, aangezien je geen contract van bepaalde duur hebt

Je behoort dus niet tot de gevallen van art. 5 die een bepaald speciaal recht geven, dus mag je het stuk van "behalve ..." in art. 3 negeren. En dan voldoe je aan alles in art. 3 [..]

De "catch" voor de werkgever is dat NERGENS in die CAO tekst een stuk staat over wanneer je géén recht hebt, enkel gevallen waarin staat dat je wél recht hebt. De "behalve voor hierna vermelde gevallen" kunnen dus enkel een extra recht openen, het beperkt nergens het recht. De "behalve voor hierna vermelde gevallen" slaat dus eigenlijk enkel over de situaties die gelden wanneer je niet in dienst was op datum bepaalde premie.