In een gebied dat op het gewestplan ingekleurd is als “gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen” is momenteel een opdrachthoudende
vereniging, in de zin van het Decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, gevestigd.
Volgens de statuten heeft de opdrachthoudende vereniging
"tot voorwerp het integraal waterbeheer in de meest ruime betekenis van het woord, en omvat onder meer de watervoorziening, de watersanering, en het beheer van watergebonden producten en diensten. Daarbij is de term water te begrijpen in zijn meest ruime betekenis."
Een coöperatieve vennootschap wil daar nu windturbines plaatsen. De elektriciteit die wordt opgewekt dient in de eerste plaats voor de opdrachthoudende vereninging. Het eventuele saldo komt (enkel) ter beschikking van de coöperanten.
Volgens de coöperatieve vennootschap is dit bestemmingsgebied vergunbaar op grond van artikel 4.4.9 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening.
Ik geraak niet echt wijs uit dat artikel. Ik ben geen jurist en verdwaal in alle doorverwijzingen.
Volgens Art. 4.4.9. § 1. is een afwijking van de gewestplannen mogelijk als de vergunning wordt aangevraagd voor een vergelijkbare categorie of subcategorie van gebiedsaanduiding bepaalde standaardtypebepalingen. Het verwijst naar het besluit van de Vlaamse Regering van 11 april 2008 i.v.m. ruimtelijke uitvoeringsplannen.
(https://codex.vlaanderen.be/Portals/Cod ... 16939.html).
Het gebied van de opdrachthoudende vereniging valt m.i. zowel onder
"Categorie van gebiedsaanduiding 9. Gemeenschaps- en nutsvoorzieningen - 9.2 Gebied voor zuiveringsinfrastructuur voor afvalwater"
als onder "10.1 Gebied voor infrastructuur voor duurzame watervoorziening"
Onder categorie 9 is er ook een "9.3 Gebied voor windturbines (overdruk)"
Is dat een subcategorie? of had een subcategorie 9.2.1. moeten zijn?
Wat betekent die "overdruk"?
Onder categorie 10 is geen subcategorie die wat met windturbines te maken heeft. Wil dat zeggen dat windurbines niet mogen in zo'n gebied?
En wat met een gebied dat, zoals hier het geval lijkt, onder twee categorieën valt?
En is energieproductie die enkel ten goede komt aan die opdrachthoudende vereniging en de coöperanten van de coöperatieve vennootschap verenigbaar met “gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen”?