Zijn de verschoonbare daden vermeldt in het artikel 411 van het strafwetboek te cumuleren met het inroepen van verzachtende omstandigheden, zodat de dader bovenop de strafvermindering in art. 414 nog aanspraak kan maken op een extra strafvermindering bijvoorbeeld omdat hij/zij een blanco strafblad heeft?
Wat is het wezenlijk verschil tussen artikels 411 en 416 van het strafwetboek, buiten het feit dat in het eerste artikel de strafmaat verminderd wordt en in het tweede artikel het misdrijf niet als misdrijf wordt gekwalificeerd? Het lijken mij beide artikels die op wettige zelfverdediging toepasbaar zijn, enkel krijgt men volgens het eerste artikel slechts strafvermindering terwijl men volgens het tweede artikel vrijuit gaat.
alvast bedankt voor de antwoorden