Ik ga ervan uit dat u met ‘Zij was eigenaar van een blote eigendom van voor ons huwelijk‘ bedoelt dat zij over een EIGEN onroerend goed beschikte.
In dat geval zijn haar kinderen inderdaad thans blote eigenaar ervan en u vruchtgebruiker.
Op die geërfde blote eigendom zijn uw kinderen inderdaad successierechten verschuldigd.Zij zijn die ook verschuldigd op hun aandeel in de rest van de nalatenschap,zowel roerend als onroerend.Meestal worden die successierechten echter betaald met gelden uit de nalatenschap.
“Art.79.De erfgenaam...die een goed in blote eigendom uit de nalatenschap van een Rijksinwoner verkrijgt, mag de betaling van het wegens dit goed verschuldigde successierecht uitstellen totdat het vruchtgebruik door het afsterven van de vruchtgebruiker...te niet gaat, mits, op zijn kosten, een voldoende waarborg te stellen.In dit geval, moet de belanghebbende zich ertoe verbinden, als belasting, boven het recht verevend op de waarde van de blote eigendom ten dage van het openvallen van de nalatenschap, een forfaitaire som te betalen gelijk aan de jaarlijkse interest van dit recht, vermenigvuldigd met het aantal jaren dat tot grondslag gediend heeft voor de berekening van de waarde van het vruchtgebruik, zulks overeenkomstig artikel 21; de rentevoet van de in aanmerking te nemen interest is die vastgesteld in burgerlijke zaken ten dage van het overlijden.”(Wetboek Successierechten 31 maart 1936).
Ga volledigheidshalve naar
http://www.fisconet.fgov.be/