Ik dacht al een stap verder.
Wanneer een OG verkocht wordt , blijft de opbrengst drie jaar in de nalatenschap. Dus het geld van moeder verdelen heeft geen zin. Indien moeder nog minder dan drie jaar leeft , moeten er successierechten op betaald worden.
Idem voor de rusthuiskosten. Indien daar vastgesteld wordt dat er een verkoop van OG is geweest of afstand van vruchtgebruik , neemt het OCMW deze kosten niet op zich. Of ze vordert alles terug van de erfgenamen.
Op zich een intressante gedachte maar art. 488bis H.§2.(wet op de voorlopige bewindvoering) van het B.W. schept daar duidelijkheid over!
Art. 488bis. H. § 2. De beschermde persoon kan slechts geldig schenken onder levenden of een uiterste wilsbeschikking maken na machtiging, op zijn verzoek, door de vrederechter. De vrederechter oordeelt over de wilsgeschiktheid van de beschermde persoon.
De vrederechter mag de machtiging om te schenken weigeren indien de beschermde persoon of zijn onderhoudsgerechtigden door de schenking behoeftig dreigen te worden.
Moeders geld verdelen maakt weinig kans...