Allen,
Nooit gedacht dat ik hier iets zou plaatsen, maar bij deze. Mogelijk een eerste vraag van velen.
Lang geleden is mijn grootvader overleden in een huwelijk onder stelsel van scheiding van goederen met gemeenschap van aanwinsten, met wijziging later om de het gemeenschappelijk vermogen aan de langstlevende in volle eigendom te laten toekomen.
Na overlijden is dan het actief van de huwelijksgemeenschap bepaald (inclusief huis), dat dan door 2 gedeeld is tot de feitelijke nalatenschap te komen.
Hieruit volgde een verdeling van 1/4de in volle eigendom en 3/4de in vruchtgebruik aan mijn grootmoeder van de hele nalatenschap. Toen is er gezegd geweest dat, ook al is er geld, het vruchtgebruik hievan bij mijn grootmoeder terechtkwam. (Dus ze mocht met het geld doen wat ze wilde)
De andere 3/4de van blote eigendom is dan verdeeld over de 4 kinderen van mijn grootouders. (3/16de elks).
Nu is mijn vraag volgende:
Klopt de uitleg dat gezien alles onder 'blote' eigendom viel dat de 4 kinderen geen geld erfden en dat mijn grootmoeder hierover kon beschikken en dit volledig kon gebruiken zoals zij wilde?
Wat met de woning die opgenomen was in de huwelijksgemeenschap en wiens waarde in 2 gedeeld is voor de nalatenschap te bepalen? Kan er dan van uit gegaan worden dat elk kind hier deels eigenaar van geworden is? En deze dus niet zonder toestemming van alle kinderen verkocht kan worden?