Pas op. Stel uw vordering tijdig in!
Tijdigheid in het kader van lichte verborgen gebreken:
Om de tijdigheid van de vordering te beoordelen dient een onderscheid te worden gemaakt tussen enerzijds de waarborgtermijn en anderzijds de proceduretermijn.
De waarborgtermijn voor lichte verborgen gebreken is de periode waarbinnen de aannemer aansprakelijk is voor verborgen gebreken.
Sinds de invoering van artikel 2262bis in het Burgerlijk Wetboek, bestaat er eensgezindheid in de rechtsleer. Voor verborgen gebreken, die opduiken na de oplevering van de werken, geldt de gemeenrechtelijke verjaringstermijn voor contractuele vorderingen uit artikel 2262bis BW, namelijk tien jaar. (Behoudens een andersluidende clausule in de aannemingsovereenkomst is opgenomen, houdende een beperking van de aansprakelijkheid van de aannemer voor de lichte verborgen gebreken; B. Kohl en M. Hoebeeck, “contractuele aansprakelijkheid in het bouwrecht. Rechtspraakoverzicht 1999-2009”, TBO 2010, 130.)
Met de proceduretermijn wordt de termijn bedoeld waarbinnen de bouwheer, na de ontdekking van het verborgen gebrek, een vordering tegen de aannemer moet instellen op grond van dat verborgen gebrek.
Met betrekking tot de proceduretermijn benadrukte het Hof van Cassatie in zijn arrest van 15 september 1994 dat de op grond van artikel 1648 BW geldende regeling van verborgen gebreken in het kader van een koop/verkoop niet mag worden doorgetrokken naar aannemingsovereenkomsten. Het argument dat de vordering voor verborgen gebreken door de bouwheer moet worden ingesteld binnen een korte termijn nadat het gebrek werd ontdekt, werd door het Hof dan ook verworpen.
Dit betekent echter niet dat de bouwheer die een verborgen gebrek aan het gebouw ontdekt, zomaar mag blijven stilzitten. Het is immers algemeen aanvaard dat de bouwheer die een verborgen gebrek ontdekt dat niet van die aard is dat het onder het toepassingsgebied van de tienjarige aansprakelijkheid van de aannemer valt (ernstige zichtbare of verborgen gebreken), zijn aansprakelijkheidsvordering voor dat gebrek tegen de aannemer moet instellen binnen een ‘nuttige’ of ‘redelijke’ termijn.
Peeters & Hermans Advocaten
www.peetersenhermans.be
[email protected]