In princiepe moet er akkoord zijn "over zaak en prijs".
Een (geldige) verkoopovereenkomst komt alleen tot stand wanneer partijen akkoord gaan met alle essentiële en substantiële bestanddelen.
In dit geval is er geen positief akkoord (over de prijs) aangezien de "nieuwe" prijs niet werd bekendgemaakt "in tempore non suspecto", d.i.
voor het verstrijken van de opzegtermijn.
Gaat hier niet over een koop-verkoop-overeenkomst, maar over huur van werk (aanneming).
Daar geldt de regel van vastgestelde of vaststelbare prijs niet.
??????
Het gaat hier over een contract voor het verlenen van (onderhouds)diensten aan de consument.
Dan geldt volgens art. 2 van de wet op de handelspraktijken dat elke verkoper die aan de
consument diensten aanbiedt het tarief hiervan schriftelijk, leesbaar, goed zichtbaar en
ondubbelzinnig moet aanduiden.
Je bent het intussen dus eens dat het geen verkoopovereenkomst is.
Wat de Wet op de Handelspraktijken betreft (intussen vervangen door het WER, maar was bij aangaan contract, 9 jaar geleden, wel nog van kracht) heb je een bijkomend argument naast de goede trouw. Tenminste als TomG als consument kan beschouwd worden en - in onderstaand bijkomend artikel (ifv WER) de overeenkomst van onbepaalde duur is.
De wet op de handelspraktijken had immers nog een interessant artikel 32:
In de overeenkomsten gesloten tussen een verkoper en een consument, zijn onrechtmatig de bedingen en voorwaarden of de combinaties van bedingen en voorwaarden die ertoe strekken:
[...]
2. de prijs te doen schommelen op basis van elementen die enkel afhangen van de wil van de verkoper.
Art. VI.83 WER is nog interessanter geformuleerd:
In de overeenkomsten gesloten tussen een onderneming en een consument zijn in elk geval onrechtmatig, de bedingen en voorwaarden of de combinaties van bedingen en voorwaarden die ertoe strekken :
[...]
2° in overeenkomsten van onbepaalde duur te bepalen dat de prijs van de producten wordt vastgelegd op het ogenblik van levering, dan wel de onderneming toe te laten eenzijdig de prijs te verhogen of de voorwaarden ten nadele van de consument te wijzigen op basis van elementen die enkel afhangen van haar wil, zonder dat de consument in al deze gevallen het recht heeft om vooraleer de nieuwe prijs of de nieuwe voorwaarden van kracht worden, de overeenkomst zonder kosten of schadevergoeding te beëindigen en hem daartoe een redelijke termijn wordt gelaten.
Ik weet echter niet zeker of het Boek VI van het WER ook van toepassing is verklaard op reeds bestaande overeenkomsten (i.c. 9 jaar oud).
Het komt neer op dezelfde elementen: er moeten objectieve elementen zijn om de prijs aan te passen - dit kan niet arbitrair eenzijdig door de dienstverlener.
Wat die dienstverlener blijkbaar intussen ook begrepen heeft (of niet langer probeert).