#2 , 30 jul 2010 20:17
Algemeen: Art. 12 Woninghuurwet: "Behalve als zij er anders over beschikken, zijn de bepalingen van deze afdeling van dwingend recht."
MAAR:
"Indien ervan uitgegaan wordt dat de regeling in verband met de woninghuur van korte duur een dwingend karakter ter bescherming van de belangen van de huurder vertoont, kan een opzeggingsbeding ten gunste van de huurder worden aanvaard. Indien de huurder zich daarop beroept en de verhuurder verzet er zich tegen, bestaan er tegen dit verzet twee argumenten. Het verzet van de verhuurder tegen de door de huurder gegeven opzegging en diens eis tot verdere uitvoering in natura of bij equivalent van de woninghuur van korte duur kan hetzij worden weerlegd door erop te wijzen dat het contractueel beding geldig is omdat de verhuurder de relatieve nietigheid niet kan inroepen, hetzij als een rechtsmisbruik worden gekwalificeerd, waarbij onder meer in vele gevallen kan worden ingeroepen dat de verhuurder het huurcontract heeft opgesteld.
Indien de huurder gebruik maakt van het in zijn voordeel bedongen opzeggingsrecht zal hij, indien dit eveneens werd overeengekomen, gehouden zijn een forfaitaire opzeggingsvergoeding te betalen; hij kan die vergoeding niet aanvechten of laten matigen onder het voorwendsel dat het een strafbeding betreft, aangezien de toegelaten vervroegde beeindiging van de woninghuur van korte duur geen wanprestatie is, zodat de rechter artikel 1231, § 1 van het Burgerlijk Wetboek niet kan toepassen.
Een opzeggingsbeding ten gunste van de verhuurder in geval van een woninghuurcontract van korte duur komt in strijd met dwingend recht en is bijgevolg relatief nietig. De huurder zal, zoals uit het geannoteerde vonnis van de vrederechter van het kanton Zomergem blijkt, met succes een
betwisting kunnen opwerpen met betrekking tot de opzegging gegeven door de verhuurder tegen een datum voor het einde van het woninghuurcontract van korte duur." (DAMBRE, M., De vervroegde beëindiging van de woninghuur van korte duur, TBBR 2009, afl. 7, 378-380.)
Dus:
- U kunt de huurovereenkomst, als verhuurder, niet opzeggen.
- Doet u dat toch, dan zal u een schadevergoeding moeten betalen.
P.S.:
"Een woninghuurcontract van 3 jaar waarbij een jaarlijkse opzeggingsmogelijkheid werd opgenomen, werd gekwalificeerd als een contract van één jaar dat bij gebreke van tijdige opzegging bij het verstrijken van het eerste jaar werd omgezet in een negenjarig contract." (Vred. Sint-Gillis 13 januari 1994, T.Vred. 1996, 70; Vred. Waremme 8 november 2001, JLMB 2002, 1801.) (het gaat wel om een minderheid in de rechtspraak!)