Uitsluiting uitkering wegens bijberoep in corona
Geplaatst: 13 jul 2022 22:01
Hallo iedereen,
Mijn broer heeft van de RVA bericht gekregen dat
- hij wordt uitgesloten van het recht op uitkering vanaf 14.05.21
- De uitkeringen die hij onrechtmatig ontving van 14.05.21 tot en met 31.05.22 teruggevorderd worden
Dit op basis van art. 44, 45 en 48 van het KB van 25.11.1991 houdende de werkloosheidsreglementering.
Wat is nu de concrete case:
- Op 01/09/2020 heeft hij een zelfstandige activiteit in bijberoep opgestart (audiovisuele sector)
- Hij was in loondienst
- Hij werd voor het eerst tijdelijk werkloos gesteld ten gevolge van het Covid-19 virus op 18.03.2020. Aangezien hij dus al werkloos gesteld werd vóór hij zijn zelfstandige activiteit opstartte, kan hij ook geen gebruik maken van de versoepelde maatregel.
- Hij heeft geen aangifte van die zelfstandige activiteit op het moment dat hij opnieuw uitkeringen aanvraagde in 2021 (14.05.2021).
- Mijn broer is niet aangesloten bij een vakbond.
Hij heeft zich verweerd met het feit dat de zelfstandige activiteit niet werd uitgeoefend tijdens de periodes van tijdelijke werkloosheid. Het antwoord luidt echter dat de eerste tijdelijke werkloosheidsstelling dateert van 18.03.2020 en de zelfstandige activiteit pas startte op 01.09.2020, en bijgevolg diende hij de aangifte te doen van de zelfstandige activiteit (art. 144 voorvermeld KB).
Het gevolg is dat hij zo'n 1,4K moet terugbetalen aan onterecht ontvangen bijdragen.
Op zich begrijp ik de redenering en had hij de aangifte moeten doen. Ook de beslissing dat hij volgens de feiten geen recht had op de steun, en deze dus moet terug betalen.
Omdat mijn broer oprecht een hardwerkende mens is (lees, gemiddeld makkelijk 14u per dag werkt; audiovisuele sector) en af en toe voor een projectje dat hij leuk vindt in bijberoep iets kleins bijverdient probeer ik langs deze weg te bekijken of er alternatieve pistes mogelijk zijn.
Concreet:
- Is het nuttig om in beroep te gaan, of valt hier geen speld tussen te krijgen?
- Welke argumentatie kunnen wij eventueel hanteren, kunnen we bepaalde zaken weerleggen?
- Kan de RVA afwijken van die totale terugvordering? Kan men, als men het 'billijk' acht, besluiten om bvb de terugvordering te halveren? Of blijft de assumptie sowieso dat de steun onterecht was en dat de volledige som van ontvangen uitkeringen moet worden terugbetaald?
- Ik overweeg om mijn broer te vertegenwoordigen als we in beroep gaan (bloedverwant mag).
Alvast bedankt voor de input. Als jullie meer info nodig hebben om concreet te reageren, laat zeker iets weten.
Mijn broer heeft van de RVA bericht gekregen dat
- hij wordt uitgesloten van het recht op uitkering vanaf 14.05.21
- De uitkeringen die hij onrechtmatig ontving van 14.05.21 tot en met 31.05.22 teruggevorderd worden
Dit op basis van art. 44, 45 en 48 van het KB van 25.11.1991 houdende de werkloosheidsreglementering.
Wat is nu de concrete case:
- Op 01/09/2020 heeft hij een zelfstandige activiteit in bijberoep opgestart (audiovisuele sector)
- Hij was in loondienst
- Hij werd voor het eerst tijdelijk werkloos gesteld ten gevolge van het Covid-19 virus op 18.03.2020. Aangezien hij dus al werkloos gesteld werd vóór hij zijn zelfstandige activiteit opstartte, kan hij ook geen gebruik maken van de versoepelde maatregel.
- Hij heeft geen aangifte van die zelfstandige activiteit op het moment dat hij opnieuw uitkeringen aanvraagde in 2021 (14.05.2021).
- Mijn broer is niet aangesloten bij een vakbond.
Hij heeft zich verweerd met het feit dat de zelfstandige activiteit niet werd uitgeoefend tijdens de periodes van tijdelijke werkloosheid. Het antwoord luidt echter dat de eerste tijdelijke werkloosheidsstelling dateert van 18.03.2020 en de zelfstandige activiteit pas startte op 01.09.2020, en bijgevolg diende hij de aangifte te doen van de zelfstandige activiteit (art. 144 voorvermeld KB).
Het gevolg is dat hij zo'n 1,4K moet terugbetalen aan onterecht ontvangen bijdragen.
Op zich begrijp ik de redenering en had hij de aangifte moeten doen. Ook de beslissing dat hij volgens de feiten geen recht had op de steun, en deze dus moet terug betalen.
Omdat mijn broer oprecht een hardwerkende mens is (lees, gemiddeld makkelijk 14u per dag werkt; audiovisuele sector) en af en toe voor een projectje dat hij leuk vindt in bijberoep iets kleins bijverdient probeer ik langs deze weg te bekijken of er alternatieve pistes mogelijk zijn.
Concreet:
- Is het nuttig om in beroep te gaan, of valt hier geen speld tussen te krijgen?
- Welke argumentatie kunnen wij eventueel hanteren, kunnen we bepaalde zaken weerleggen?
- Kan de RVA afwijken van die totale terugvordering? Kan men, als men het 'billijk' acht, besluiten om bvb de terugvordering te halveren? Of blijft de assumptie sowieso dat de steun onterecht was en dat de volledige som van ontvangen uitkeringen moet worden terugbetaald?
- Ik overweeg om mijn broer te vertegenwoordigen als we in beroep gaan (bloedverwant mag).
Alvast bedankt voor de input. Als jullie meer info nodig hebben om concreet te reageren, laat zeker iets weten.