“Art.29.. Het briefgeheim is onschendbaar. De wet bepaalt welke agenten verantwoordelijk zijn voor de schending van het geheim der aan de post toevertrouwde brieven.”(17 FEBRUARI 1994. - De gecoördineerde Grondwet).
“Art.8.1. Eenieder heeft recht op de eerbiediging van zijn...briefwisseling...” (EVRM= Europees Verdrag Rechten van de Mens 4 november 1950).
Ga naar :
http://www.echr.coe.int/ECHR/FR/Header/ ... +database/
‘De klacht heeft betrekking op de praktijk van het ziekenhuis dat alle uitgaande correspondentie van klager-psychiatrisch patiënt voor selectie naar een curator zond. Als de wet beleidsvrijheid toekent,moet zij nochtans ook de omvang daarvan aangeven. De mate van precisie is afhankelijk van het specifieke onderwerp. De i.c. toepasselijke bepalingen van de Ziekenhuiswet,het Burgerlijk wetboek en de Handelingsonbekwaamheidsregeling zijn in zeer vage bewoordingen gesteld en specificeren niet de reikwijdte van of de voorwaarden voor de uitoefening van de discretionaire bevoegdheid die ten grondslag ligt aan de gewraakte maatregelen terwijl zulk een specificatie toch des te meer noodzakelijk lijkt op het gebied van de opneming in psychiatrische inrichtingen doordat de betrokken personen vaak zijn overgeleverd aan de medische autoriteiten,zodat het schrijven van brieven hun enige contact met de buitenwereld is‘[EHRM 24 september 1992(Herczegfalvy t. Oostenrijk),NJB(Bijlage)(Ned.) 1993,97]
‘De opening van brieven die aan verzoeker waren gericht,maakt een inmenging uit zoals omschreven in art.8. Deze inmenging beantwoordt niet aan de voorwaarden opgelegd door art.8.2,gezien zij niet was voorzien door de interne reglementering. Ongetwijfeld heeft de postdienst van bewuste gevangenis niet op een bewuste wijze gehandeld. Dat neemt niet weg dat deze incidenten door hun herhaling een dysfunctie openbaren van de postdienst binnen de penitentiaire instelling‘[EHRM 21 december 1999(Demirtepe t. Frankrijk)].
“Art.460.Hij die schuldig bevonden wordt aan het wegmaken van een aan een postoperator toevertrouwde brief of aan het openen van een zodanige brief om het geheim ervan te schenden, wordt gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot een maand en met geldboete van zesentwintig frank tot tweehonderd frank of met een van die straffen alleen, onverminderd zwaardere straffen, indien de schuldige een ambtenaar of een agent van de Regering of een personeelslid van een postoperator of een persoon die voor zijn rekening optreedt is.”(Strafwetboek).
Is de brief nog niet of niet meer toevertrouwd aan een postoperator dan is hierop voornoemde strafbepaling niet van toepassing.