Wetgeving over het bepalen van het KI
Geplaatst: 13 feb 2010 00:18
Wij hebben vorige maand het KI van onze nieuwbouwwoning toegekregen.
Als we dit vergelijken met het KI van een analoge nieuwbouwwoning in dezelfde straat op 250m afstand, ligt ons KI maar liefst 55 % hoger.
Die andere woning is groter, en heeft zelfs een verwarmd buitenzwembad.
Na een onderhoud met het kadaster blijkt dat deze woning in een andere 'zone' ligt, en dus niet mag vergeleken worden, alhoewel de omgeving minstens identiek is !?
Met een zwembad zou er bovendien geen rekening worden gehouden.
De minister antwoordt het volgende (volgens http://www.senate.be/www/?MIval=/public ... 87&LANG=nl) over de vasstelling van het KI :
Blijkbaar ziet het kadaster dit als 4 verschillende woonruimtes (keuken, living, zitkamer en bureelruimte).
Aan de uitleg van het kadaster blijkt dus duidelijk dat het hier allesbehalve over een schatting gaat, maar over een berekening door het invullen van tabellen.
Uiteraard hebben wij hiertegen een bezwaarschrift ingediend.
Op basis van de vergelijkingspunten die het kadaster ons heeft doorgegeven en een schatting door een vastgoedschatter komen wij op
een KI van ruim 900 € lager.
Het kadaster heeft ons mondeling geantwoord dat ze ons waarschijnlijk in de zomer een bezoek zullen brengen om de toestand te bekijken.
Hebben zij het recht om ons zo lang in het ongewisse te laten ?
Is er hier geen maximumtermijn vastgelegd ?
Waar kunnen we de details vinden van deze 'regelen en vormen die de koning bepaalt' uit artikel 472, zoals bijvoorbeeld de definitie van een woonruimte ?
Kunnen we op basis van de openbaarheid van bestuur meer informatie opeisen, enerzijds over hun methode, of anderzijds de berekening hoe ze aan ons KI komen ?
Als we dit vergelijken met het KI van een analoge nieuwbouwwoning in dezelfde straat op 250m afstand, ligt ons KI maar liefst 55 % hoger.
Die andere woning is groter, en heeft zelfs een verwarmd buitenzwembad.
Na een onderhoud met het kadaster blijkt dat deze woning in een andere 'zone' ligt, en dus niet mag vergeleken worden, alhoewel de omgeving minstens identiek is !?
Met een zwembad zou er bovendien geen rekening worden gehouden.
De minister antwoordt het volgende (volgens http://www.senate.be/www/?MIval=/public ... 87&LANG=nl) over de vasstelling van het KI :
En artikel 472 zegt hierbijZoals vermeld in artikel 472, § 1, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 bepaalt het Kadaster het kadastraal
inkomen door een schatting, en dus niet door een berekening.
Wij hebben op het gelijkvloers een vrij grote living met open keuken.§ 1. Het kadastraal inkomen wordt per kadastraal perceel bepaald. Tot dit doel gaat de administratie van het kadaster over tot de
schatting der percelen volgens de regelen en de vormen die de Koning bepaalt
Blijkbaar ziet het kadaster dit als 4 verschillende woonruimtes (keuken, living, zitkamer en bureelruimte).
Aan de uitleg van het kadaster blijkt dus duidelijk dat het hier allesbehalve over een schatting gaat, maar over een berekening door het invullen van tabellen.
Uiteraard hebben wij hiertegen een bezwaarschrift ingediend.
Op basis van de vergelijkingspunten die het kadaster ons heeft doorgegeven en een schatting door een vastgoedschatter komen wij op
een KI van ruim 900 € lager.
Het kadaster heeft ons mondeling geantwoord dat ze ons waarschijnlijk in de zomer een bezoek zullen brengen om de toestand te bekijken.
Hebben zij het recht om ons zo lang in het ongewisse te laten ?
Is er hier geen maximumtermijn vastgelegd ?
Waar kunnen we de details vinden van deze 'regelen en vormen die de koning bepaalt' uit artikel 472, zoals bijvoorbeeld de definitie van een woonruimte ?
Kunnen we op basis van de openbaarheid van bestuur meer informatie opeisen, enerzijds over hun methode, of anderzijds de berekening hoe ze aan ons KI komen ?