Arbh. Brussel 10 oktober 1991
TSR 1992, 130.
Wanneer de wet voorschrijft dat het Nederlands moet gebruikt worden binnen de officiële sociale relaties in Vlaanderen, verhindert dit niet dat een andere taal kan gebruikt worden voor de dagelijkse contacten tussen werkgever en werknemer.
wat Vlaanderen voorschrijft (als overheid) is niet altijd wat de wet (federaal, europees) toestaat. De interpretatie die sommigen aan "sociale contacten ivm de arbeidsverhouding" interpreteren staat soms ver van de wetgeving. Je kan het ook zien in hun eigen brochure: "Volgens de Nederlandstalige afdeling van de Vaste Commissie voor Taaltoezicht vallen ook computerprogramma’s onder die regel.", ze zeggen duidelijk niet wat anderen daarover denken

.
Niet mee akkoord. De wet legt wel degelijk uit want onder "sociale betrekkingen" moet worden verstaan. Computerprogramma's zijn idd. een grijze zone. Alle andere communicatie niet.
De wet is duidelijk (zie bv. art 4.1):
II. Sociale betrekkingen tussen werkgever en werknemer.
Art. 3. De "sociale betrekkingen" omvatten zowel de mondelinge als schriftelijke individuele en collectieve contacten tussen de werkgevers en de werknemers, die rechtstreeks of onrechtstreeks verband houden met de tewerkstelling.
Art. 4. "Sociale betrekkingen" tussen werkgevers en werknemers omvatten ook onder meer :
§ 1. alle betrekkingen tussen de werkgevers en de werknemers, die op het vlak van de onderneming plaatsvinden in de vorm van bevelen, mededelingen, publikaties, dienstvergaderingen of personeelsvergaderingen, sociale dienst, arbeidsgeneeskundige dienst, maatschappelijke werken, vervolmakingscyclussen, disciplinaire procedure, onthaal en andere;
§ 2. de betrekkingen die op het vlak van de onderneming plaatsvinden in de ondernemingsraad, het comité voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaats, of tussen de werkgever en de syndicale afvaardiging, alsmede in of met elk ander orgaan dat tot institutionalisatie van die betrekkingen bij wet of collectief overleg zou worden opgericht;
§ 3. (alle werkaanbiedingen, in welke vorm ook, uitgaande van de werkgever teneinde de werknemer te werven;
§ 4. alle betrekkingen tussen werkgevers en de sollicitanten, voorafgaande aan het arbeidscontract en de eigenlijke tewerkstelling, ongeacht het feit of er al dan niet een arbeidscontract tot stand komt.
De werkgever kan meertaligheid eisen van de sollicitant en de kennis van andere talen bij sollicitanten toetsen tijdens de selectieperiode.) <DVR 1994-06-01/37, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 13-08-1994>